Wat beangstigt je? We zijn allemaal wel eens ergens bang voor. En in deze gevallen wereld zijn de zaken en omstandigheden om voor te vrezen eindeloos. Dit jaar lijkt het erop dat al onze angsten zijn samengepakt, als een zwerm bijen die klaar is voor de aanval. Zowat alle angstaanjagende dingen die je kan bedenken, zijn gebeurd. Een zeer besmettelijk virus. Banenverlies. Tragische sterfgevallen. Onenigheid in het hele land. Ernstige weersomstandigheden. Onzekerheid over de toekomst.
En we kunnen het niet helpen dat we ons afvragen, wat is het volgende?
De Bijbel en vrees
De Bijbel erkent en spreekt over de vrees van dit leven. Onze hemelse Vader weet dat we in een gebroken wereld leven waar kwade dingen gebeuren - waar ziekte en geweld en verlies in overvloed bestaan. Hij kent onze angsten, ons verdriet en onze zorgen. En door de hele Bijbel heen lezen we de volgende woorden: "Wees niet bang." Wees niet bevreesd, want Ik ben met u, wees niet verschrikt, want Ik ben uw God. Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met Mijn rechterhand, die gerechtigheid werkt” (Jes. 41:10).
“Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet zoals de wereld die geeft, geef Ik die u. Laat uw hart niet in beroering raken en niet bevreesd worden” (Joh. 14:27).
Dit lijkt een onmogelijke opdracht. Kijk maar naar wat er allemaal gaande is in de wereld. Wie zou er niet bang worden voor zoveel onrust, verlies en onzekerheid?
Gods Woord zegt ook iets anders - een andere vermaning die de Bijbel herhaalt: "Vrees de Heere". De twee meest voorkomende bevelen in de Schrift, "vrees niet" en "vrees de Heere", lijken niet met elkaar in verbinding te staan. Toch horen ze bij elkaar. Het ene is niet alleen belangrijker dan het andere, het is er het antwoord op. Als de Bijbel zegt: "Vrees niet", dan zegt God ons niet dat we gewoon moeten stoppen met vrezen alsof als we maar hard genoeg ons best doen, al onze angsten zullen verdwijnen. Hij zegt ons niet dat we gewoon moeten groeien in geloof en geloven met al onze kracht, en we ons dan veilig en gezond zullen voelen in de geborgenheid van ons eigen huis. De Bijbel roept ons eerder op tot iets groters, tot Iemand groter. Het roept ons op om ons van onze angsten af te wenden naar een grotere vrees, de vrees voor de Heere (Mat.10:28).
De vreze des Heeren
Wat betekent het om de Heere te vrezen? Lijkt het op een hert dat verstart in de koplampen van een auto? Want zo voel ik me vaak na het kijken van het avondjournaal. Voelt het als een plotseling opkomende misselijkheid of doet het je hart sneller slaan? Want dat is hoe ik me voel als ik nadenk over allerlei toekomstscenario’s. Houdt de vrees voor de Heere ons 's nachts wakker met een negatieve spiraal van gedachten over alle dingen die fout zouden kunnen gaan? Want dat is wat er met mij gebeurde toen we dachten dat mijn man zijn baan zou verliezen.
In de Bijbel wordt het woord "vrees" op twee verschillende manieren uitgedrukt. Het meest voorkomende Hebreeuwse woord voor vrees is yirah. Het wordt gebruikt om paniek te beschrijven, zoals bij hoe de mannen op het schip met Jona reageerden toen ze in een dodelijke storm terechtkwamen (Jona 1:10). Het wordt ook gebruikt om respect uit te drukken, in het bijzonder in de context van de vreze voor de Heere, zoals in "De vreze des Heeren is het beginsel van wijsheid" (Ps. 111:10). We zien hetzelfde in het Nieuwe Testament waar het Griekse woord dat gebruikt wordt voor angst phobos is. Het betekent paniek, vlucht of verschrikking. Toen de discipelen Jezus over het water zagen lopen, reageerden ze met angst en schrik: "Het is een spook! En ze schreeuwden van angst" (Mat. 14:26). Het betekent ook ontzag en eerbied, zoals in de beschrijving van de vroege kerk door Lucas: “En er kwam vrees over iedereen; en er werden veel wonderen en tekenen door de apostelen gedaan” (Hand. 2:43).
De context van het woord "vrees" is duidelijk van belang. Dit betekent dat de vreze voor de Heere anders is dan onze andere angsten. Het is groter. Het is geheel anders. En hoe meer we bestuderen wat de Schrift zegt over deze vrees, hoe vaker we zien dat het om meer gaat dan om ontzag of eerbied. Het omvat ook verwondering, aanbidding, eerbied, dankbaarheid, liefde, gehoorzaamheid en vertrouwen. C.H. Spurgeon zei dat het vrezen van de Heere een samenvatting is van "oprecht geloof, hoop, liefde, de heiligheid in het leven en elke genade die de ware godsvrucht uitmaakt."
Een grotere vrees
We zien een voorbeeld van deze twee vormen van vrees in het leven van David. Koning Saul was jaloers op David en wilde hem doden, dus moest David wegrennen en zich verstoppen. Hij vreesde terecht voor zijn leven. We kunnen ons alleen maar voorstellen hoe het voor David was om zijn huis en familie te moeten verlaten en zich te verstoppen in woestijn grotten. Tijdens het schuilen, schreef David Psalm 57. Hier zien we een voorbeeld van David die zijn angsten bij de Heere brengt. Hij wendt zich tot Degene die groter is. We zien Davids vrees voor de Heere in het aangezicht van zijn angst.
"Wees mij genadig, o God, wees mij genadig, want mijn ziel heeft tot U de toevlucht genomen; ik neem mijn toevlucht onder de schaduw van Uw vleugels, totdat de rampen voorbij zijn gegaan.
Ik roep tot God, de Allerhoogste, tot God, Die Zijn werk aan mij voltooien zal. Hij zal hulp zenden uit de hemel en mij verlossen, Hij zal te schande maken wie mij wil opslokken. Sela. God zal Zijn goedertierenheid en Zijn trouw zenden” (Ps. 57:2-4).
David richt zijn hart op wie God is: God is zijn toevlucht, zijn schuilplaats en veiligheid. God is ook soeverein over alles; hij heeft een doel en een plan voor het leven van David, en niemand kan zich met dit plan inlaten, zelfs koning Saul niet. Hij acht God groter dan Saul en zijn leger. Hij verblijft ook in Gods liefde en trouw. En te midden van zijn angst aanbidt hij de Heere (verzen 7-11).
De Bijbel is eerlijk over de angsten van het leven. Er is veel waarvoor we kunnen vrezen. Maar we hebben een grote hoop. We hebben toegang tot Degene die over alles regeert. Wij zijn geliefde kinderen van de God die alle dingen heeft geschapen, Die ons heeft gered en verlost van de zonde en ons de Zijne heeft gemaakt. Net als David kunnen we onze angsten naar onze Vader in de hemel brengen en we weten dat Hij ons hoort. We kunnen vertrouwen op Zijn soevereine zorg voor ons. Het maakt niet uit wat er om ons heen gebeurt, God is met ons. Niets kan ons weerhouden van Zijn liefde en genade voor ons in Christus. We kunnen op onze angsten reageren met een heilige vrees voor de Heere en ons tot God wenden met ontzag, verwondering, aanbidding, liefde en vertrouwen.
Omdat God groter is.
Opmerking van de redactie: Christina heeft in haar nieuwe boek A Holy Fear: Trading Lesser Fears for the Fear of the Lord meer geschreven over het onderwerp de vreze des Heeren.